20 oktober
Case
Yunan Kewen zei tot zijn leerlingen: “Iedereen! Is jullie zelfgeloof ver genoeg gegaan? Als je het toppunt van het zelfgeloof hebt bereikt, dan weet je dat je eigen natuur fundamenteel boeddha is. Als je op die manier geen zelfgeloof ontwikkelt, ben je een boeddha geworden. Maar door oude verwarringen is het voor wie dit hoort moeilijk om dat geloof los te laten. Wat oude wijzen en leraren hebben verteld en geschreven is niets anders dan de boeddhanatuur die uit hen vloeide en die uiteengezet werd. Maar wat uit hen vloeide waren maar de takken. Boeddhanatuur is de wortel.
Kort
Ons zelf is geen zelf. Maar dat moeten we wel zelf zien.
Iets langer
Kewen* drukt hier mooi uit hoe het zenboeddhisme omgaat met het persoonlijke zelf. Het begint als onderzoeksgebied: in een zenpraktijk onderzoeken we in eerste instantie ons eigen functioneren. Wat gebeurt er allemaal in onszelf? Wat is denken? Wat is voelen? Wat is horen? Wat is een ervaring? We kleven daar niet te veel woorden aan vast, we geven al die processen aandacht. Als we dit onderzoek grondig doen, zien we dat we een wolk van interacties zijn. Dat we fundamenteel relationeel zijn. En dat dit 'zelf' geen vast ding is. Alles wat de boeddhistische leraren hebben verteld en onderwezen, alle toespraken en rare dialogen, het komt allemaal voort uit dat doorleefd en constant beoefende inzicht. Als die ene wortel uit het oog verloren wordt, verdwijnt de verlichting uit de verlichting.
* Yunan Kewen 'Baofeng' (1025-1102)
Voor de hele reeks, klik hier.
Deze notities zijn ook dagelijks te volgen op Bluesky.
Als je deze teksten ook in de praktijk wil brengen, kun je deelnemen aan de online ZIT-sessies.