31 augustus
Case
Op een dag zei Muzhou tot zijn leerlingen: “Heeft iemand van jullie al toegang gekregen? Als dat nog niet gebeurd is, moet je daarop werken. Als je toegang vindt, zul je je niet ondankbaar tonen tegenover mij.”
Een leerling boog en zei: “Tegenover u zou ik mij nooit ondankbaar kunnen tonen.”
Muzhou zei: “Je hebt je zonet ondankbaar getoond tegenover mij.”
Kort
Voor een goeroevalkuil moet je met twee zijn.
Iets langer
Muzhou vraagt zijn leerlingen of ze het gevoel hebben dat ze de zenweg echt bewandelen. Of ze echt in de praktijk zitten. Ook als we lang mediteren of het boeddhisme intens bestuderen, kan het zijn dat het ons niet echt raakt. Als dat het geval is, scheelt er iets, en kan een andere beoefenaar of een leraar ons misschien helpen om dat op te lossen.
Maar leraren zijn geen goden. Dus hoeven ze ook niet zo behandeld te worden. Muzhou's leerling denkt het juiste te zeggen door te stellen dat zijn relatie met Muzhou er alleen maar een van dankbaarheid zou kunnen zijn. Maar dat is geen oprechte relatie. Het ruikt naar misplaatste goeroe-verering. Als een relatie met een leraar niet oprecht is, verduistert ze onze hele zen – en die van de leraar. Zo verliest iedereen de toegang tot de weg.
Voor de hele reeks, klik hier.
Deze notities zijn ook dagelijks te volgen op Bluesky.
Als je deze teksten ook in de praktijk wil brengen, kun je deelnemen aan de online ZIT-sessies.