18 mei
Case
Shishuang vroeg Daowu: “Wat is de waarheid die met ogen gezien kan worden?"
Daowu riep Shishuang.
Shishuang zei: “Ja?”
Daowu zei: “Kun je alstublieft wat vers water in de vaas gieten?”
Shishuang deed dat.
Daarop vroeg Daowu beleefd: “Wat vroeg je me nu ook alweer?”
Shishuang herhaalde zijn vraag.
Daowu stond op en verliet Shishuang meteen.
Op dat moment had Shishuang iets begrepen.
(Shinji Shobogenzo)
Kort
It's the interactions, stupid!
Iets langer
Shishuang vraagt zijn leraar Daowu om het over zen te hebben zonder terug te vallen op teksten of theorie. Daowu geeft Shishuang maar liefst vier antwoorden. 1) Hij roept Shishuang. 2) Hij vraagt hem om vers water in de vaas te gieten. 3) Hij vraagt om de vraag te herhalen. 4) En hij wandelt weg. Pas bij het vierde antwoord ziet Shishuang in dat zijn vraag de hele tijd beantwoord werd.
Wat mij opvalt is hoe nadrukkelijk het verhaal vermeldt dat Daowu zijn leerling beleefd benadert. In die tijd kon een leraar een leerling perfect neerbuigend of zelfs agressief behandelen. Daowu behandelt Shishuan expliciet hoffelijk. Die hoffelijkheid lijkt mij Daowu's echte antwoord. Dat is de zen-waarheid 'die met de ogen gezien kan worden' en die ertoe doet: de kwaliteit van onze interacties. Niet zozeer de interactie met de Waarheid, het Heelal, of het Bestaan. Maar onze gewone interacties met onze omgeving. De paradox is dat, pas als Daowu vreemd en bot reageert, Shishuang inziet waar het al die tijd om ging. Verlichting is onze relaties verlichten.
Voor de hele reeks, klik hier.
Deze notities zijn ook dagelijks te volgen op Bluesky en Mastodon.
Als je deze teksten ook in de praktijk wil brengen, kun je deelnemen aan de online ZIT-sessies.