14 maart
Case
“Wie niet opvlamt tegenover iemand die boos op hem is, wint een moeilijk te winnen gevecht.”
(De Boeddha, Akkosa Sutta)
Kort
We zijn relationele wezens. Dat betekent dat onze emotionele toestanden besmettelijk zijn.
Iets langer
Boeddhistische teksten kunnen heel veeleisend zijn. Dat zagen we onlangs nog bij de vier 'bodhisattvageloften'. Net daarom houd ik van dit bovenstaande citaatje. Het zet ons meteen in de realiteit van ons dagelijkse leven. Na alle hooggestemde uitspraken over zen-idealen, volgt hier eindelijk de erkenning dat een ontwaakte levenswandel in de praktijk niet zo simpel is.
Mensen zijn relationele wezens. Dat betekent ook dat onze negatieve en onhandige emoties even besmettelijk zijn als virussen. Zodra we denken dat iemand boos op ons is, gaat onze eigen emotionele meter in het rood. Boos worden op onze boosheid helpt dan niet. Wat wel kan helpen is dat niet besmet worden door boosheid inderdaad moeilijk is. Die erkenning is een daad van mededogen.
Hoe overwinnen we die moeilijkheid? Door onszelf te ervaren als een ruimte, eerder dan als een 'ik', een wezen , of een ding. Een ruimte waarin allerlei dingen opduiken. Zoals boosheid. Zolang er ruimte rond de boosheid is, kunnen we ernaar kijken als iets dat ons iets vertelt, zonder dat we daarom meteen in actie hoeven te schieten. Is je boosheid zinnig? Neen? Dan wachten we even tot de bui overgewaaid is. Waarschuwt de boosheid ons voor iets reëels? Dan maken we gebruik van de rustige ruimte om te onderzoeken wat er aan de hand is. Kun je er iets aan doen? Neen? Uitzitten. Wel? Wat is dan de meest wijze manier dit aan te pakken? Zo gebruik je de energie van de boosheid, in plaats van dat de energie van de boosheid jou gebruikt.
Net zoals boosheid besmettelijk is, is deze alternatieve manier van ermee om te gaan ook besmettelijk. Zo kan een cultuur van ontwaken ontstaan.
* Siddhattha Gotama (480-400 v. Chr.).
Voor de hele reeks, klik hier.