6 januari
Case
Meester Xuefeng wees naar de haard en zei: “In deze haard prediken alle boeddha's van het verleden, het heden en de toekomt het onderricht van Gautama.”
Xuansha zei: “Onlangs zijn de reglementen van het keizerlijk heiligdom verstrengd.”
Meester Xuefeng vroeg: “Hoezo?”
Xuansha zei: “Het is verboden om een straatmarkt te plunderen.”
(Shinji Shobogenzo)
Kort
Mystieke extases kunnen niet op tegen concreet welwillend gedrag.
Iets langer
In zenverhaaltjes zegt meestal de leraar iets geheimzinnigs. In dit verhaal is het andersom. Xuansha (835-908) zet zijn leraar Xuefeng (822-908) op zijn plaats.
Ik stel me voor dat de twee samen naar het vuur in een haard zitten te kijken. Xuefeng wil als leraar iets dieps zeggen: in dit vuur zitten alle boeddhistische wijsheden van vroeger, later en vandaag. 'Gautama' is de historische Boeddha. Xuefeng verklaart hier dus dat je in elk verschijnsel de hele boeddhistische leer kunt zien. Dat is een mooie gedachte.
Maar voor Xuansha loopt die gedachte het risico op zweverigheid. Het boeddhisme is inderdaad overal te vinden, in het minste en geringste ding, en in elk van onze ervaringen. Maar 'de keizer heeft de reglementen strenger gemaakt'. Met andere woorden: om zweverigheid te blijven, moet je altijd blijven opletten. Want 'het is verboden om te straatmarkt te plunderen'. Dat wil zeggen: hoe diep en mystiek je ook bent, uiteindelijk komt het erop neer onze verlichting in te zetten voor een betere, eerlijkere wereld, waarin we ons concreet inzetten om bestaand leed te verlichten. Zoals in een eerlijke economie. Een leefbaar klimaat. Een politiek die zich inzet voor ieders welzijn. In het beste geval is het boeddhisme een verzetsbeweging tegen de oorzaken van leed in de wereld.
Voor de hele reeks, zie hier.