4 februari
Case
Moge alle levende wezens geparfumeerd zijn met de geur van tolerantie, en alle kwaadaardige intenties opgeven.
(Avatamsaka Sutra)
Kort
Een ideaal mag misschien ver of onmogelijk lijken, maar het is altijd een zaak van je er nu aan te geven.
Iets langer
Ik vind het best grappig dat het boeddhistische pad hier vergeleken wordt met cosmetica. Hoe van de pot gerukt kan het zijn? Want wat de hedendaagse parfumreclame ook moge beweren, parfum drukt niet onze diepste eigenheid uit. Parfum brengt een wolkje aan tussen onszelf en de wereld. In het beste geval om de relaties tussen ons en de wereld beter te maken. In het mindere geval om de boel te bedotten.
Wat ik zo treffend vind aan de parfum-metafoor, is dat parfum buitengewoon vluchtig is. Je moet het telkens weer opnieuw aanbrengen. Anders is het weg. Met een zenpraktijk is dat ook zo. Je begint er steeds opnieuw aan. Je brengt het zenparfum telkens weer aan op, om je relaties met de wereld te verlichten. De idealen die het parfum voorhoudt zijn immens. Misschien wel onbereikbaar. Zoals het ideaal dat het citaat hier geeft, en waar iedereen leeft op basis van tolerantie. Daar zijn we duidelijk nog lang niet. Maar door elke dag het parfum van tolerantie en andere zen-deugden op te doen, hoe fragiel en vluchtig ook, verandert er iets. Daar kunnen indrukwekkende dingen uit voortkomen. Dingen met duurzame gevolgen.
Voor de hele reeks, klik hier.